Onderzoek Buitenspelen 2020 – kinderen moeten meer buitenspelen!

“Gemiddeld denk ik dat kinderen minder buitenspelen dan vroeger”, vertelt Jo Lucassen, senior onderzoeker bij het Mulier Instituut. “Dat komt vooral door de ruimte. Als ik kijk naar het dorp waar ik zelf uit kom is het echt drukker geworden. Meer woningen en verkeer. Minder ruimte om te spelen.” Toch valt het buiten de steden nog mee. Uit het onderzoek Buitenspelen 2020 blijkt dat kinderen wonend in de stad gemiddeld genomen minder buitenspelen dan kinderen die in dorpen wonen.

Onderzoek Buitenspelen 2020

In het Nationaal Sportakkoord wordt gewezen op het belang van buitenspelen voor voldoende beweegactiviteit en het ontwikkelen van motorische vaardigheden bij kinderen van 0 t/m 12 jaar. Buitenspelen kan bijdragen aan het voldoen aan de beweegrichtlijn door alle kinderen. “Je kan zo veel leren als je buiten speelt”, vertelt Jo. “Als ik zie wat mijn kleinkinderen spelenderwijs leren in een speeltuin of gewoon in de tuin, dan is dit meer dan je verwacht. Zo klimt die van twee jaar gewoon op een enorm speeltoestel dat bedoeld is voor zesjarigen. Net als zijn oudere broer van vier. Daar zit de uitdaging.”

 “Bijna de helft van de Nederlandse kinderen voldoen niet aan de 60-minuten beweegrichtlijn”

Toch blijkt uit onderzoek dat bijna de helft van de Nederlandse kinderen niet voldoet aan de beweegrichtlijn om dagelijks tenminste zestig minuten te bewegen. Jo: “Vanwege deze bevinding wil het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) een extra programma binnen het sportakkoord en het SamenSpeelAkkoord dat zich richt op het bevorderen van buitenspelen door 0 tot 12-jarigen, aanvullend op de huidige initiatieven (zoals de buitenspeelchallenges, samenspelen met een beperking en toegankelijke speelplekken). En we zien dit thema ook al terug komen in een flink aantal lokale akkoorden die binnen gemeenten worden gesloten”

De bevindingen van het onderzoek Buitenspelen 2020

Een belangrijke bevinding van het onderzoek vormen de bevorderende en belemmerende factoren voor buitenspelen. Door veranderingen in de woonomgeving (verstedelijking) en in het leefpatroon (mediagebruik) staat het buitenspelen van kinderen onder druk. Maar het weer speelt ook een rol. In de zomer wordt gemiddeld meer buiten gespeeld dan in de winter. Jo: “Terwijl je natuurlijk ook prima met ‘slecht weer’ buiten kunt spelen. Dat is in sommige landen heel gewoon: speelkleren aan en hup, naar buiten!”

De Buitenspelers

Naar aanleiding van het Buitenspelen 2020 onderzoek zijn Jantje Beton, Krajicek Foundation, Johan Cruyff Foundation, Nickelodeon, Mulier Instituut en Ministerie VWS de alliantie ‘De Buitenspelers’ gestart. Jo: “Deze partijen hebben een gezamenlijk doel: de bewustwording van het belang van buitenspelen en bewegen te versterken. Om dit doel beter te bereiken zal de communicatie vanuit de alliantie met kinderen worden bedacht en verzorgd. De kinderen zijn de spreekbuis en adviseren de alliantiepartijen op welke manier het buitenspelen het best ingericht kan worden. Een heuse kinderraad met veel invloed op de ideevorming en communicatie. Zo krijgen de kinderen wat ze verdienen: aandacht, spreektijd en een goede speelplek!”

Wat kunnen ouders zelf veranderen? Een laatste (speel)tip?

Jo: “Zoek het dicht bij huis en ga samen op pad. Je hoeft niet altijd ver te gaan om buitenspelen met de (klein)kinderen ‘leuk’ te maken. Ik woon zelf in een bosrijke omgeving. Wanneer de kleinkinderen op bezoek komen gaan we samen het bos in. We plukken dan frambozen, bramen en verzamelen takken. Wie heeft de meeste takken bij elkaar gesprokkeld? Je hoeft het niet ingewikkeld te maken en het is leuk wanneer je samen speelt.”

“Met vallen en opstaan leert men”

“Hoe dan ook is het belangrijk dat ouders kinderen van jongs af aan stimuleren om veel buiten te spelen”, vertelt Jo verder. “Ouders zijn voorzichtiger geworden en zien meer risico’s en gevaren wanneer het aankomt op buitenspelen. Dat belemmert het gedrag om buiten te spelen. Ook dit kwam naar voren in het onderzoek Buitenspelen 2020. Kinderen moeten juist leren omgaan met de uitdagingen in het leven en deze moet je niet van ze weghouden. Met vallen en opstaan leert men. Daar zit een grote kern van waarheid in. Ze moeten leren omgaan met risico’s. Kom je die nooit tegen? Dan weet je ook niet hoe je ermee moet omgaan.”

Over Mulier Instituut

Het Mulier Instituut is in 2002 ontstaan als een bundeling van sportonderzoekers van verschillende universiteiten en is nu een onafhankelijke stichting met zo’n 40 onderzoekers. Het doel van het Mulier Instituut is bijdragen aan een goed onderbouwd beleid, gericht op de bevordering van sport, sportief bewegen en versterking van de sportsector.

Over Jo

Jo Lucassen is 64 jaar, getrouwd en heeft inmiddels drie kleinkinderen. Jo heeft een grote passie voor sporten, waaronder hardlopen. Maar schilderen, beeldhouwen en zingen in een koor zijn ook hobby’s die hij beoefent. Hij werkt voor het Mulier Instituut als senior onderzoeker. Hij richt zich als senior onderzoeker op de ontwikkeling van sportbeleid, sportorganisaties en de afstemming tussen sport, onderwijs en opleidingen.