Komen bij jou warme herinneringen naar boven als je terugdenkt aan jouw buitenspeeltijd in de winter? Bij mij zeker wel! Spelen in de sneeuw met een dikke sjaal en handschoenen aan? Ik vond niets leuker dan dat. Zodra het kouder werd of zelfs ging sneeuwen, stond ik te popelen om de buurtkinderen uit hun huis te trekken en samen op pad te gaan.
Een winterse klassieker: sleeën
Had het gesneeuwd? Dan trokken alle kinderen uit de buurt hun slee uit de schuur en gingen we met z’n allen naar een park in de buurt. Dit park had een grote heuvel waar we dan vanaf sjeesden. We deden nooit echt wedstrijdjes, maar ik wilde natuurlijk wel altijd als eerste beneden zijn! M’n wangen waren, ondanks de kou, altijd warm van de opwinding én van het beklimmen van de heuvel met de slee.
Speeltuin als podium
Ook kon ik mezelf urenlang vermaken in de speeltuin, ook in de winter. Samen met andere meiden uit de buurt deed ik dan altijd alsof de speeltuin een podium was en we popsterren waren. We zongen uit volle borst mee met allerlei liedjes en we waren ervan overtuigd dat ons gezang heel goed klonk… Zelfs als ik in mijn eentje in de speeltuin was, deed ik alsof het klimrek het podium was waar ik doorheen kon dansen en zwieren. Het was voor mijn gevoel net alsof ik in een videoclip speelde.
Een ander onderdeel van de speeltuin wat ik superleuk vond was de schommel. Vooral als je met z’n tweeën (of meer) was om elkaar te duwen. Hoe hoger ik kwam, hoe meer ik mij inbeeldde dat ik een vogel was. Lekker vrij vliegen in de lucht!
Buitenspeelpret stopt nooit
Ik woonde in een klein dorp waar we gewoon op straat konden spelen, er was bijna geen verkeer. Zodra ik mijn voordeur uitstapte, stond ik als het ware al op het speelveld. Eén van mijn mooiste buitenspeelherinneringen is dat we in de straten van ons dorp met een grote groep kinderen allerlei spelletjes speelden. We speelden spelletjes zoals stoepranden, televisietikkertje, stand in de mand en Annemaria koekoek. Dit deden we het hele jaar door; in de zomer én winter. Hoe meer kinderen er waren, hoe meer spelletjes we speelden. De buitenspeelpret stopte eigenlijk nooit. Als er wat minder kinderen buiten waren, gingen we bijvoorbeeld hoelahoepen of touwtjespringen. Bij touwtjespringen vond ik het altijd leuk om met z’n allen ‘in spin de bocht gaat in’ te zingen, want dat hielp goed bij het op tijd springen.
Soms deden we ook een ondeugende buitenspeelactiviteit… belletje lellen. De dapperste van ons groepje liep dan langzaam naar een voordeur. Zodra hij of zij had aangebeld, renden we allemaal keihard weg en verstopten ons. We lachten ons dan rot als we de verbaasde gezichten zagen van de mensen die opendeden, want zij zagen niemand meer voor hun deur staan.
Met buitenspelen nieuwe dingen ontdekken
Tegenwoordig zie je steeds vaker buitenspeelactiviteiten waar er meer wordt gekeken naar de natuur. Dat had ik als kind ook wel graag willen doen. Zo lijkt het me bijvoorbeeld heel leuk om in de herfst foto’s te maken van verschillende bladeren die je tegenkomt, deze uit te printen, in een plakboek te plakken en daar dan bijschrijven waar je het blad gevonden hebt en bij welke boom het hoort. Zo ontdek je allemaal nieuwe dingen in én over de natuur!
Over Elisabeth
Elisabeth is communicatiemedewerker bij Jantje Beton en zet zich iedere dag in om kinderen meer te laten buitenspelen. Buitenspelen is onwijs belangrijk voor de complete ontwikkeling van een kind, vindt Elisabeth. Op fysiek, emotioneel, sociaal en mentaal vlak. Ook voor de creativiteit en fantasie van kinderen is buitenspelen geweldig, want met buitenspelen wordt het kinderbrein gestimuleerd om nieuwe dingen en spellen te bedenken en te ontdekken.